EN
Zorgverleners ervaren vaak morele spanningen bij de zorg voor patiënten met een resistente bacterie, ook wel dragers van een Bijzonder Resistent Micro-organisme (BRMO) genoemd. Ze willen de verspreiding van de bacterie naar anderen voorkomen, maar tegelijkertijd het welzijn van de patiënt waarborgen. Ook worstelen ze met de rechtvaardiging van extra zorgtijd voor dragers, wat ten koste gaat van andere patiënten. Bovendien maken ze zich zorgen over hun eigen veiligheid en gezondheid. Daarnaast ontstaat er spanning door de noodzaak om zorg te verlenen, terwijl het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM) een belasting vormt voor het milieu.
Deze morele spanningen zijn geïdentificeerd in een kwalitatieve studie onder zorgverleners uit ziekenhuizen en verpleeghuizen. De studie laat zien dat zorgverleners die BRMO-dragers behandelen, te maken hebben met verschillende morele dimensies in de zorg die voortkomen uit infectiepreventiemaatregelen zoals isolatie en het gebruik van PBM’s, die bedoeld zijn om de overdracht van BRMO's naar anderen te voorkomen.
In de interviews met 29 zorgverleners zijn vier belangrijke morele spanningen geïdentificeerd:
- Spanning tussen transmissiepreventie en het welzijn van de patiënt
Zorgverleners ervaren spanning tussen het voorkomen van de verspreiding van BRMO’s en het waarborgen van het welzijn van de patiënt. Ze merken dat het dragen van beschermingsmiddelen hen minder herkenbaar maakt voor de patiënt, waardoor ze het idee hebben dat ze niet altijd de juiste zorg kunnen leveren. - Rechtvaardiging van extra tijd voor dragers
Zorgverleners worstelen met de rechtvaardiging van de extra tijd die zij aan BRMO-dragers besteden vanwege PBM-gebruik, wat ten koste gaat van de zorg voor andere patiënten. Deze spanning ontstaat vooral binnen de context van beperkte tijd en personeelstekort. - Zorgen over persoonlijke veiligheid en gezondheid
Veel zorgverleners maken zich zorgen over hun eigen veiligheid en gezondheid bij het verzorgen van patiënten met een resistente bacterie. Ze voelen zich vaak onzeker over de mate van bescherming die de persoonlijke beschermingsmiddelen bieden. - Spanning tussen zorgverlening en milieu-impact
Zorgverleners voelen ook de spanning tussen de noodzaak om zorg te verlenen en de milieubelasting van het gebruik van PBM’s. Sommige zorgverleners ervaren schuldgevoelens wanneer zij gevoelsmatig onnodig beschermingsmiddelen gebruiken, zoals bij enkel het uitdrukken van een alarmbel, en daarmee onnodig het milieu belasten.
De studie benadrukt dat zowel zorgverleners als hun organisaties deze morele spanningen zouden moeten erkennen en actief moeten aanpakken. Dit kan bijdragen aan het professionele welzijn van zorgverleners en de verbetering van de zorg voor patiënten met BRMO’s.