

Over
In onze kennisbank verzamelen we onze publicaties (zowel wetenschappelijk als niet-wetenschappelijk), promoties en oraties (inclusief proefschriften en videoregistraties), boeken, rapporten en tools.
Rapporten
-
Onderzoek onder huisartsen in 10 landen
De Nederlandse gezondheidszorg kenmerkt zich door een sterke eerstelijnszorg. Voor de meeste gezondheidsproblemen is de huisartsenpraktijk de eerste plek waar men aanklopt voor professionele hulp. Voor van specialistische hulp is meestal een verwijzing van een huisarts nodig. Hierdoor heeft de huisarts de functie van poortwachter in de zorg. Huisartsenzorg is generalistische medische zorg, laagdrempelig toegankelijk voor alle mensen dichtbij huis en vervult hiermee een prominente plaats in de gezondheidszorg. Er zijn verschillende uitdagingen in de zorg, onder andere door de vergrijzing, stijgende zorgkosten en complexer wordende maatschappij en gezondheidszorg.
In dit rapport staat de kwaliteit van de Nederlandse gezondheidszorg centraal, zoals die door huisartsen anno 2022 wordt ervaren. Er is aandacht voor onder andere digitalisering, praktijkorganisatie, toegankelijkheid van de zorg, coördinatie van zorg en de zorg voor chronische patiënten.
De resultaten zijn afkomstig uit de 2022 Commonwealth Fund International Health Policy Survey (IHP 2022). Naast Nederlandse huisartsen namen huisartsen uit nog negen andere Westerse landen deel. Dit levert een genuanceerd beeld op van het functioneren van het Nederlandse gezondheidszorgsysteem, zoals dat door huisartsen wordt ervaren. Elke drie jaar wordt dit onderzoek onder huisartsen herhaald. In de tussenliggende jaren wordt een vergelijkbare studie uitgevoerd onder burgers en chronisch zieken.
Het onderzoek is gesubsidieerd door de Commonwealth Fund, het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, en IQ healthcare. Het onderzoek is uitgevoerd met ondersteuning van het Nederlands Huisartsen Genootschap.
-
Komt infectiepreventie aan bod in de opleidingen Verpleegkunde? En zo ja: hoe? Anita Huis en Irma Maassen van IQ healthcare onderzochten het namens GAIN (het Gelders Zorgnetwerk Infectiepreventie). Dat gebeurde na signalen uit diverse zorgorganisaties dat stagiairs niet altijd thuis zijn in de regels rondom infectiepreventie. De uitkomsten vormen de basis voor een landelijk project om infectiepreventie een prominentere plek te geven in de curricula van mbo en hbo.
Het onderzoek bestond uit een enquête en interviews. In totaal 733 verpleegkundigen-in-opleiding van 37 onderwijsinstellingen vulden de vragenlijst in. Ruim 18% van de studenten meldden dat er binnen hun opleiding geen aandacht was voor infectiepreventie. Meer dan een derde van deze groep is zij-instromer of volgt een verkort traject. Omdat infectiepreventie vooral in het eerste jaar aan bod komt, kan het zijn dat niet-reguliere studenten het onderwerp daardoor mislopen. Anita en Irma namen daarnaast interviews af bij 3 mbo- en 3 hbo-opleidingen.
Uitkomsten
Handhygiëne en persoonlijke hygiëne komen op de meeste scholen wel aan bod. Andere onderwerpen scoorden maar matig. Dan gaat het bijvoorbeeld om antibioticaresistentie en BRMO’s of om persoonlijke beschermingsmiddelen. Thema’s die in de opleidingen echt gemist worden, zijn onder andere aandacht voor infectieziekten en aanspreekgedrag.
Aanbevelingen
De onderzoekers doen in het rapport een aantal aanbevelingen. Meer herhaling in het curriculum is er één van. Verder wordt bijvoorbeeld genoemd: meer verdieping en meer aandacht voor BRMO’s.
Landelijk project
Binnenkort start een landelijk project om infectiepreventie een prominentere plek te geven in de opleidingen. Alle zorgnetwerken werken daarin samen. De rapportage van Anita en Irma vormt de basis voor het project. Het doel is om leerdoelen te formuleren rondom infectiepreventie. Die worden vervolgens voorgelegd aan de MBO Raad en de Vereniging Hogescholen.
Meer weten? Lees hier het onderzoeksrapport.
-
Passende zorg is sinds kort de norm geworden in Nederland. Maar passende zorg bestaat veel langer. Al in 1991 schreef de commissie-Dunning in haar rapport 'Kiezen in de zorg' over de noodzaak van keuzes. In 2013 presenteerden de Amerikaanse wetenschappelijke verenigingen hun Choosing Wisely lijstjes met voorbeelden van zorg waarbij artsen terughoudend moeten zijn. De Nederlandse medisch specialisten volgden met hun 'Verstandige Keuzes'. Maar lijstjes veranderen de zorg niet. Daarom startte het Citrienfondsprogramma Doen of laten? met een benadering waarbij zorgprofessionals zelf in de lead kwamen om de zorg te veranderen. Wat hebben we bereikt?
Open de desktop versie
Open de mobiele versie -
Jaarlijks neemt Nederland deel aan de International Health Policy (IHP) survey van de Commonwealth Fund. Afwisselend worden burgers, patiënten en huisartsen bevraagd in elf Westerse landen. Dit maakt het mogelijk om de prestaties van de Nederlandse gezondheidszorg af te zetten tegen die van de tien andere deelnemende landen. Onderzoekers van IQ healthcare hebben de resultaten verwerkt in rapporten.
Er ontstaat zo een gedifferentieerd beeld over het functioneren van het Nederlandse gezondheidszorgsysteem, zoals dat door de onderzochte deelnemers wordt ervaren. Met deze monitoring worden ontwikkelingen door beleid, maar ook andere (externe) factoren, inzichtelijk en zijn internationale vergelijkingen mogelijk.
Voor de survey van 2020 zijn burgers tussen 18 jaar en 64 jaar geïnterviewd op de thema’s. De focus lag op de thema’s participatie - toegankelijkheid - zorgconsumptie - financiële toegankelijkheid en kosten en Functioneren van het zorgstelsel. In 2021 waren dit burgers van 65 jaar en ouder met als thema’s coördinatie en nazorg - Zorgwensen over levenseinde - (financiële) toegankelijkheid en Coronacrisis en sociale zekerheid.
Ten tijde van de start van de survey in 2020 diende de COVID-19 pandemie zich aan. In de editie van 2020 zijn er enkele vragen aan de survey toegevoegd over het testen, de behandeling en de gevolgen van COVID-19. In 2021 zijn neveneffecten van de coronacrisis als uitgestelde zorg en de effecten op de sociale zekerheid verzameld.
De surveys laten zien dat Nederland op enkele aspecten van zorg zoals betrokkenheid bij beslissingen over gezondheid en behandeling, de sociale zekerheid en de toegankelijkheid van zorg zeer hoog scoort vergeleken met de andere landen. Op de meeste overige aspecten van de IHP survey scoort Nederland gemiddeld tot goed. Net als in voorgaande edities blijft er ruimte voor verbetering. Onder andere op het gebied van leefstijladviezen, coördinatie en nazorg en zorgwensen rondom het levenseinde. Ook nazorg en informatieoverdracht tussen de tweedelijn en eerstelijn is, net als eerdere jaren, een punt van aandacht.
Beide rapportages zijn hieronder beschikbaar:
-
De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) houdt toezicht op de kwaliteit van zorg van zorgaanbieders. Complexe zorg, zoals zorg voor mensen in kwetsbare situaties, wordt steeds meer georganiseerd in zorgnetwerken. Samenwerking is dan nodig om persoonsgerichte zorg mogelijk te maken. Als er alleen toezicht gehouden wordt op de directe zorgverlening dan blijven eventuele problemen in zorgnetwerken onderbelicht, terwijl deze wel van invloed zijn op de directe zorg.
De inspectie is daarom gestart met het ontwikkelen van toezicht op zorg in zorgnetwerken vanuit het patiënten/cliënten perspectief en werkt nu ook aan het toezicht op de samenwerkende organisaties. Toezicht houden op samenwerkende partijen (regionale zorgnetwerken) is complexer dan toezicht houden op individuele zorgaanbieders.
Aan Erasmus School Health Policy & Management (Erasmus Universiteit Rotterdam) en IQ healthcare (Radboudumc) is gevraagd bouwstenen aan te leveren voor de verdere ontwikkeling van het toezicht op zorgnetwerken. Daarvoor zijn onder meer het functioneren van de samenwerking in zorgnetwerken en de eerste ervaringen met het toezicht op samenwerking onderzocht. De opdracht spitste zich toe op zorgnetwerken voor mensen in kwetsbare situaties. De opgeleverde bouwstenen zijn breed toepasbaar in het toezicht. In het rapport presenteren de onderzoekers veertien aanbevelingen waarmee de inspectie het toezicht op zorgnetwerken verder kan ontwikkelen.
Onderzoekers dr. Jozé Braspenning en promovenda Rabab Chrifou waren vanuit IQ healthcare betrokken bij de totstandkoming van dit rapport.
Lees hier het rapport.
-
Dit rapport is onderdeel van de Programmeringsstudie Ontwikkeling Kwaliteitsstandaarden 2019-2022. Het doel van de studie, opgezet door IQ healthcare in samenwerking met het NIVEL en de Hogeschool Utrecht, was het ontwikkelen van een agenda van activiteiten om bestaande en toekomstige kwaliteitsstandaarden te implementeren. Subdoelen hierbij waren: het geven van een overzicht van kwaliteitsstandaarden waar implementatieactiviteiten nodig zijn, een overzicht van implementatieactiviteiten voor toekomstige wijkverpleegkundige kwaliteitsstandaarden en het doen van aanbevelingen om implementatie in te bedden in de kwaliteitscyclus.
Voor het ontrafelen van de implementatievraagstukken zijn verschillende methoden gebruikt. Ten eerste een analyse vanuit implementatieperspectief van de resultaten van de eerste twee deelstudies (de Groot & Francke, 2021, Zuidema et al., 2021). Ten tweede een nadere analyse van het onderwerp Advance Care Planning dat vanuit het werkveld op basis van een uitvraag van het Panel V&V werd aangedragen als onderwerp voor de ontwikkeling van een nieuwe kwaliteitsstandaard voor de wijkverpleging. Ten derde een analyse van de ontwikkelingen binnen V&VN ten aanzien van kwaliteitsstandaarden. Hier kwamen een aantal kernaanbevelingen uit voort naast een overzicht van bestaande kwaliteitsstandaarden die mogelijk al een deel van de vragen uit de praktijk beantwoorden maar nog niet toegespitst zijn op de wijkverpleging. De kernaanbevelingen zijn gericht op 1) prioritering op basis van de behoefte vanuit het veld, 2) een proefimplementatie als vast onderdeel van het ontwikkeltraject, 3) implementatie-ondersteunende tools samengevat voor de praktijk, 4) een format voor een verspreidingsplan, en 5) het organiseren van een systeem dat de kennisname en gebruik van kwaliteitsstandaarden op geaggregeerd niveau monitort en/of evalueert.
Betrokken partners
- IQ health, Radboudumc Nijmegen: Maud Heinen, Anita Huis en Hester Vermeulen
- Nivel, Utrecht: Anneke Francke, Kim de Groot
- Hogeschool van Utrecht: Rixt Zuidema, Nienke Bleijenberg
Lees hier het rapport en bekijk hier de infographic.
-
Om de langdurige zorg voor ouderen in Nederland toekomstbestendig te maken moet de overheid een realistische langetermijnvisie ontwikkelen, in dialoog met alle belanghebbenden, als voorwaarde voor een stabiel maatschappelijk draagvlak. Dit is de belangrijkste conclusie uit de working paper ‘Houdbare ouderenzorg – Lessen en ervaringen uit andere landen’ dat vandaag is gepubliceerd door de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR).
De landenstudie is uitgevoerd door onderzoekers van Leyden Academy on Vitality and Ageing, IQ Health Radboudumc en Erasmus School of Health Policy & Management (ESHPM), en vormt een achtergrondstudie bij het lopende WRR-adviestraject Houdbare Zorg.
Bekijk het rapport hier.
-
IQ Health heeft in opdracht van Stichting NTS een wetenschappelijke studie verricht naar de validiteit en betrouwbaarheid van de Nederlandse Triage Standaard (NTS) bij volwassenen. In een landelijk onderzoek werden 41 casussen met reële en veel voorkomende gezondheidsklachten beoordeeld door 102 ervaren triagisten van de 3 partners in de spoedzorgketen: Huisartsenpost (HAP), de Meldkamer Ambulancezorg (MKA) en de Spoedeisende Hulp (SEH).
Bekijk het rapport hier.
-
Voor mensen met een cochleair implantaat (CI) is het luisteren naar muziek en het genieten van muziek een uitdaging. Pianiste Joke Veltman ontwikkelde vanuit eigen ervaring een training waarmee muziek-plezier weer teruggebracht kan worden in het leven van mensen met een cochleair implantaat. De rapportage “Project Musi-CI ZonMw Project ‘Voor Elkaar!’” beschrijft de doorontwikkeling van deze training.
Open de rapportage
-
Door nieuwe manieren van werken in het Beatrixziekenhuis in Gorinchem en ziekenhuis Bernhoven in Uden is de doelmatigheid van de zorg verbeterd. De ziekenhuizen hebben hun organisatie zo ingericht dat de kwaliteit van zorg voor de patiënt meer centraal staat en er minder wordt gestuurd op het aantal behandelingen. Initiatieven van zorgverleners krijgen meer ruimte, er wordt meer samengewerkt met de huisarts en er zijn organisatieveranderingen doorgevoerd. Ook worden niet langer afspraken gemaakt met de verzekeraar per behandeling, maar zijn er vaste bedragen afgesproken voor vijf jaar. Dit staat in de zojuist gepubliceerde evaluatie van de nieuwe werkwijzen van het Centraal Planbureau (CPB), IQ Health en de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa).
De ziekenhuizen hadden ieder hun eigen strategie die paste bij hun situatie. In Bernhoven zijn bijvoorbeeld alle medisch specialisten in loondienst gegaan en in het Beatrixziekenhuis is een ander verdeelmodel voor financiering van medisch specialisten ingevoerd. In Bernhoven is daarnaast een organisatieverandering doorgevoerd waarbij het ziekenhuis is ingericht naar vier typen zorgverlening: acute zorg, diagnose en indicatiestelling, interventie-zorgstraten en chronische zorg.De veranderingen in beide ziekenhuizen zijn mogelijk gemaakt door vijfjarige aanneemsommen met de belangrijkste zorgverzekeraars (VGZ en CZ) uit de regio. Dit zorgde voor financiële stabiliteit en een verlaging van de prikkel om zo veel mogelijk patiënten te behandelen, en gaf de ziekenhuizen ruimte om grote organisatorische veranderingen door te voeren. Belangrijk voor het resultaat was het opstarten van ruim vijftig initiatieven vanaf de werkvloer om de kwaliteit te verbeteren, evenals goede samenwerking met huisartsen en zorgverzekeraars en het wegnemen van ongewenste prikkels om te behandelen bij medisch specialisten.
Drie jaar na invoering is het behandelvolume (de waarde van de DBC-behandelingen) in Bernhoven met 13% gedaald en bij het Beatrixziekenhuis met 7%, in vergelijking met andere ziekenhuizen. Deze afname kwam tot stand door zowel minder als minder intensief te behandelen. Zo heeft in beide ziekenhuizen een sterkere verplaatsing van klinische zorg naar dagbehandeling plaatsgevonden en is meer zorg door de huisarts in de regio gedaan dan bij vergelijkbare ziekenhuizen.Er zijn nauwelijks aanwijzingen voor negatieve effecten. Het onderzoek laat zien dat er geen verschuiving van patiënten naar andere ziekenhuizen in de regio heeft plaatsgevonden. De kwaliteit van zorg in beide ziekenhuizen is volgens het onderzoek gemiddeld genomen niet veranderd.
Een meer doelmatige zorg is een eerste belangrijke stap naar lagere zorguitgaven. Het biedt immers ruimte voor ziekenhuizen om (op termijn) de uitgaven aan zorg te verminderen en voor zorgverzekeraars om de zorgpremies voor verzekerden te verlagen. Een evaluatie over een langere periode is echter nodig om vast te stellen of de veranderprogramma’s tot blijvende financiële besparingen zullen leiden.
Voor meer informatie:
Bekijk het rapport hier.
Auteurs: Simone van Dulmen, Niek Stadhouders, Gert Westert, Erik Wackers, Patrick JeurissenLees de gezamenlijke policy brief van de drie partijen: Evaluatie programma's Beatrixziekenhuis en Bernhoven, CPB Policy Brief. CPB/IQHealth/NZa. (2020).
Lees meer in het achtergronddocument over het onderzoek van het CPB en de NZa: CPB/NZa. (2020). Casestudy Beatrixziekenhuis en Bernhoven
Tools
-
Om verpleegkundigen en verzorgenden te ondersteunen met het signaleren en voorkomen van zorginfecties is er sinds kort een nieuwe richtlijn. Deze richtlijn is ontwikkeld door dr. Anita Huis (senior onderzoeker IQ Health) en haar collega Nynke Bos (junior onderzoeker bij IQ Health). Doel is dat een team inzicht krijgt in hoe ze met infectiepreventiemaatregelen omgaat en wat er nog te verbeteren valt. De richtlijn, de implementatiegids en de hygiënekaart zijn te vinden op de site van V&VN.
Lees meer op de website van V&VN. -
De Maturity Matrix is een methode om het ontwikkelingsniveau in een huisartsenpraktijk te evalueren. Tijdens de afname wordt elke medewerker van de praktijk gevraagd om de lijst individueel en onafhankelijk van elkaar in te vullen.
Een consulent leidt dan een discussie om tot overeenstemming te komen tussen de praktijkmedewerkers. Vervolgens vindt een discussie plaats over de verbeterprioriteiten en plannen in de praktijk.
De internationale versie van de Maturity Matrix is ontwikkeld tussen 2005 en 2007 door de 'European association for quality in general practice' (EquiP) en IQ Health in een samenwerkingsverband met de Universiteit van Cardiff.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Jolanda van Haren.
-
De IQ consensus tool ondersteunt groepen bij het bereiken van consensus. Het is gebaseerd op de Modified RAND Delphi Methode en combineert de maten hoogste tertiel, mediaan, en score op top-3 om tot een score 'selectie', 'discussie' of 'geen selectie' te komen.
De tool bestaat uit verschillende onderdelen:- Een (online) vragenlijst, waarbij de respondenten moeten scoren op een 9-punt Likertschaal en een top-3 moeten aangeven en eventueel opmerkingen kwijt kunnen;
- Een Access-programma waarin alle relevante gegevens kunnen worden opgenomen;
- Een overzicht van de resultaten van de scoringsronde, waarbij per indicator wordt aangegeven of de indicator 'selectie', 'discussie' of 'geen selectie' scoort. Dit document kan dienen voor de discussie.
- Een overzicht van de opmerkingen per indicator.
- Een overzicht van de scores per individuele respondent.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met drs. Janine Liefers.
-
De knelpuntenvragenlijst is een hulpmiddel bij het vaststellen van knelpunten voor verandering. De vragenlijst kan worden gebruikt in zowel verbeterprojecten als in onderzoek.
Uit de in het boek 'Ruimte voor verandering? Knelpunten en mogelijkheden voor verbeteringen in de patiëntenzorg' beschreven toepassing van de vragenlijst in verschillende situaties blijkt dat niet altijd dezelfde knelpunten aan de orde zijn. Deze variatie onderstreept nog eens het belang van een goede knelpuntenanalyse in het verbeteren van de patiëntenzorg.
-
De wereld verandert. Er is een beweging zichtbaar waarbij niet het zorgsysteem van de zorgverlener, maar de context van de patiënt als persoon het vertrekpunt is. Patiënten kunnen ook steeds meer gaan beschikken over tools waarmee zij het zorgproces kunnen sturen vanuit hun intentie.
Het persoonlijk zorgnet is hiervan een voorbeeld. MijnZorgnet is eigendom van het Radboudumc en het beheer is in handen van IQ Health. Het is een plek op internet waarvan de patiënt eigenaar is, en waar de mogelijkheid bestaat om informatie over je gezondheid op te slaan, te delen en te bespreken.
De informatie kan bestaan uit dagboeken geschreven door de patiënt, geüploade bestanden met medische informatie en modulaire toepassingen van derden, zoals formulieren, keuzehulpen voor gezamenlijke besluitvorming en vragenlijsten. De patiënt kan mensen die hij relevant acht voor zijn gezondheid uitnodigen om lid te worden van zijn persoonlijk zorgnet. Dat kunnen bijvoorbeeld huisartsen, medisch specialisten en fysiotherapeuten zijn, maar ook familieleden of vrienden. Leden van een zorgteam hebben toegang tot de persoonlijke gegevens en kunnen daarover communiceren. Alle activiteiten in het persoonlijk zorgnet worden gelogd. Op deze manier kan de patiënt zien wie en wanneer op bezoek is geweest.
Identificatie en authenticatie op MijnZorgnet verloopt via DigiD voor patiënten en BIG-validatie voor zorgverleners. Na het maken van een profiel kunnen patiënten hun persoonlijk zorgnet inrichten en aan de slag gaan.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen prof.dr. Jan Kremer.
-
De Excel-toepassing POINT 1.0 (Presentatie van de Opportuniteitskosten van Introductie van Nieuwe (medische) Technologieën 1.0) is ontwikkeld als onderdeel van het project “Verdringingseffecten binnen het Nederlandse zorgstelsel”, in opdracht van Zorginstituut Nederland. In dit project is onderzocht wat het waardeverlies is bij introductie van nieuwe zorginterventies. Empirisch onderzoek berekende hoeveel het produceren van een QALY in de ziekenhuiszorg kost en hoe deze opportuniteitskosten over de ziekenhuiszorg waren verdeeld 2. Dit is berekend met een econometrisch model dat voor de jaren 2012 tot 2014 veranderingen in gezondheidsuitkomsten relateert aan veranderingen in ziekenhuisuitgaven.
POINT 1.0 gebruikt de uitkomsten van dit rapport om de verdringingseffecten in een oogopslag zichtbaar te maken. Door het invullen van een beperkte set van gegevens van een nieuwe medische technologie wordt weergegeven of deze innovatie kosteneffectief is, en zo nee, wat de prijsdaling zou moeten zijn om de innovatie kosteneffectief te maken. De benodigde gegevens behoren allen standaard beschikbaar te zijn bij een farmaco-economisch dossier zoals bij ZIN aangeleverd. Medische technologieën die dat pad niet bewandeld hebben maar waar een Nederlandse kosteneffectiviteitsanalyse beschikbaar is beschikken meestal ook over de benodigde informatie. Naast de totale verdringing wordt ook per ziektebeeld weergegeven welk waardeverlies optreedt. Deze handleiding laat zien hoe de Excel-toepassing werkt en welke parameters zijn in te stellen dan wel van invoer kunnen worden voorzien.
Open POINT 1.0
Ga naar de gebruikershandleiding van POINT 1.0
Ga naar de eindrapportage Verdringing waarop POINT 1.0 is gebaseerd
Een illustratie aan de hand van de casus Orkambi -
Deze vragenlijst is ontworpen om het proces van interprofessioneel samenwerken te evalueren.
De vragenlijst is ontwikkeld door IQ Health in samenwerking met Hogeschool Zuyd (Wim Goossens & Jerome van Dongen). De ReflectieScan (RISS-2020) is voor zowel bestaande als nieuw samengestelde teams te gebruiken. -
Mantelzorg geeft vaak veel voldoening, maar kan soms ook zwaar zijn. Mantelzorgers die lange tijd intensief zorg geven lopen het risico om overbelast te raken. Voor verzorgenden, verpleegkundigen en verpleegkundig specialisten is het belangrijk dat zij tijdig kunnen handelen om overbelasting te signaleren, te voorkomen of te verlichten.
IQ Health heeft, in samenwerking met het Universitair Medisch Centrum (UMC) Utrecht en de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) een richtlijn Mantelzorg ontwikkeld. Door het gebruik van de richtlijn zullen jonge, werkende en oudere mantelzorgers eerder worden herkend en zal (dreigende) overbelasting eerder worden opgespoord. Mantelzorgers zullen zich meer gehoord en gesterkt voelen in het omgaan met de zorg voor hun naaste.
De richtlijn is ontwikkeld door dr. Maud Heinen, dr. José Peeters, drs. Nicole Vullings, prof. dr. Hester Vermeulen en prof. dr. Maud Graff.
- De richtlijn is te vinden op de website van V&VN
- Lees hier een aanvullende introductie erop
- Rapport praktijktest Richtlijn Mantelzorg
- Infographic Mantelzorger
- Infographic Zorgprofessional
-
Landelijk klinkt de oproep ''Let een beetje op elkaar'' in deze tijd van het coronavirus. Saamhorigheid en zorgzaamheid zijn niet alleen wenselijk en noodzakelijk in situaties van crisis.
Voor (zorg)vragen en behoeften van bewoners zijn sterke wijknetwerken van levensbelang. Het project ‘Een sterk wijknetwerk: burgers, professionals en onderwijs SAMEN!’ heeft geresulteerd in een online toolbox. Burgers en professionals krijgen handvatten aangereikt voor het opbouwen, inrichten én bestendigen van een sterk wijknetwerk.
Deze toolbox is voortgekomen uit het project 'Een sterk wijknetwerk: burgers, professionals en onderwijs SAMEN!. In dit project zijn 2 proeftuinen en 5 praktijkprojecten betrokken.
Dit is een samenwerkingsproject tussen KOH, HAN University of Applied Sciences (lectoraat Organisatie van Zorg en Dienstverlening) én Radboudumc (afdelingen IQ Health en Eerstelijnsgeneeskunde). Het onderzoek is gefinancierd door het ministerie van VWS.
Zie website: Succesvol samenwerken in wijknetwerken
Lees ook ‘Samenwerken met burgers. Hoe doe je dat?’
-
Dit is een vragenlijst voor het meten van het teamklimaat. Deze vragenlijst is gebaseerd op een theorie over teamklimaat en bestaat uit een 4-tal dimensies ('Ervaren veiligheid voor participatie', 'Ondersteuning bij innovatie', 'Visie' en 'Taakgerichtheid') en 13 subschalen.
IQ Health heeft de TCI vertaald en gevalideerd voor de Nederlandse situatie.
IQ Health kan ondersteuning bieden bij het afnemen van de vragenlijst en een rapport opstellen.Voor meer informatie kunt u terecht op www.teamclimateinventory.nl
Contactpersoon: Jolanda van Haren